De leerkrachten hebben wederzijds respect voor het dagdagelijkse engagement van alle schoolpersoneel, want alle betrokkenen hebben hetzelfde doel voor ogen: "De ontwikkeling van de kinderen" die hen toevertrouwd wordt. Alle collega's zijn "gelijkwaardig". Zowel tijdelijken als vastbenoemden. Iedereen verdient dus als gelijkwaardige behandeld te worden.
Iedere opdracht vraagt een eigen, specifieke aanpak. Iedereen wordt verondersteld deze opdracht zo goed mogelijk uit te voeren, met eigen draagkracht en talenten.
De natuurlijke draagkracht bij de ene collega kan groter zijn dan bij de andere.
We geven startende leerkrachten de kans om zich te ontplooien en helpen hen waar nodig. Nieuwe leerkrachten weten bij welke meter/peter ze terecht kunnen. Het is dan ook de bedoeling om hen op de juiste manier te ondersteunen en indien nodig contact op te nemen met de directeur.
Alle collega’s hebben ook een eigen persoonlijkheid, gegroeid vanuit de eigen opvoeding, hun eigen 'zijn' en dat is juist een meerwaarde. Jezelf blijven, je eigen ‘zijn’ is een belangrijke waarde binnen onze school, binnen ons team.
Het kan dus niet dat waardeoordelen uitgesproken worden.
Als er dan toch onenigheden of problemen zijn, dan wordt de directeur altijd aangesproken en proberen we samen te zoeken naar een oplossing.
Negatieve uitspraken over leerkrachten, over de school worden niet getolereerd! Meer nog: tegenover derden spreken we altijd positief over onze collega’s en onze school.
We leggen dus een gemeende loyaliteit aan de dag!
Voor leerkrachten die in verschillende scholen werken, is het van belang dat ze zaken uit de interne keuken niet in andere scholen vertellen.
Leerkrachten spreken elkaar respectvol aan op basis van bovenstaande gelijkwaardigheid.
Open communicatie staat in onze visie. We vinden dit uiterst belangrijk tegenover de kinderen, de ouders en vooral tegenover elkaar.
Is er een probleem, dan spreekt men rechtstreeks met de betrokkene en niet via derden.
Zwijgen voor de rust kan soms zeer verstandig zijn. ‘ Spreken is zilver, zwijgen is goud.’ Toch kan dit leiden tot frustraties.
Zwijgen kan dus niet ten koste van alles.
Kan men iets niet onder elkaar regelen, dan is de directeur de eerst aangesprokene. Er wordt altijd tijd gemaakt voor communicatie.
Alle leerkrachten kunnen positief participeren. Durf dus je mening te zeggen. Maar is een beslissing éénmaal genomen dan zet men zijn persoonlijke mening aan de kant ten voordele van de schoolwerking.
De school is niet de plaats voor heftige politieke en maatschappelijke discussies.
Er kan ook niet verwacht worden dat zaken uit de persoonlijke context van de leerkrachten op school kunnen worden opgelost.
School maken doe je niet alleen, doe je niet in je eigen klas maar doen we samen.
Onze klasoverschrijdende en schooloverschrijdende activiteiten, het co-teachen, overlegmomenten, … horen bij onze school.
Het is een gelijkgericht kijken en dit kan alleen maar door gesprek, afspraken, overleg.
Als individu denken we altijd vanuit het idee: “Hoe kan ik persoonlijk een meerwaarde zijn in het geheel.”
De zorgcoördinator/beleidsondersteuner heeft een specifieke functie vanuit hun expertise. Dit vraagt veel extra engagement en verdient dus veel respect.
De leerkracht heeft een belangrijke voorbeeldfunctie ten opzichte van de hen omringende kinderen.
Leerkrachten zijn dus in staat om de nodige zelfbeheersing en discretie aan de dag te leggen.
Ook wat orde en netheid betreft: woorden wekken, voorbeelden strekken!
Jaarlijks worden enkele vrijblijvende activiteiten georganiseerd.
Mogelijkheden kunnen zijn: toneel, film, tentoonstelling bezoeken, ‘klasse’activiteiten, ontbijt, iets samen gaan drinken voor een vakantie, ... met of zonder partner...
1 maal per jaar organiseert de directeur een activiteit waar gewenst wordt dat iedereen aanwezig is. Dit is een meerwaarde voor het team.